De hoogste top van natuurpark de Cevennen, een magnifieke bergketen, heet Mont Lozére en is 1.600 m hoog. Eén van de dunst bevolkte departementen van Frankrijk is ernaar vernoemd – de Lozère, een lustoord voor de natuur- en wandelliefhebber. Ook de kalkplateaus (Causses) van Aubrac en La Margeride bieden een onvergetelijke kennismaking met ongerepte natuur. In Aubrac voeren de wandelroutes door uitgestrekte graslanden, waar nog traditioneel koeien en schapen worden geweid. De restaurants heten hier ‘Burons’, vernoemd naar de schuilhutten van de herders en hoeders.
Op de menukaart zal een streekversie van de Aligot, die oorspronkelijk uit de Aveyron komt maar hier niet minder geliefd is, niet ontbreken. Kaas na? Sla de Pélardon vooral niet over, dit is één van de oudste geitenkaasjes van Europa. Als er nog plaats is voor een zoet nagerecht, drink er dan een Cartagène bij, dé wijnlikeur van de streek. Er is ook een bubbeltjesvariant: de Pitchoun.
Natuurpark La Margeride onderscheidt zich met indrukwekkende kloven, ravijnen en rotsformaties. Middenin het natuurgebied ligt een wolvenpark en een reservaat waar de laatste Europese bizons min of meer in vrijheid leven. In de winter is het gebied geschikt om te langlaufen.
De steile rotswanden langs de tarn – les Gorges du Tarn – zijn imposant. De bron van de Tarn ligt op het hoogste punt van de Cevennen, de Mont Lozère. De rivier is ideaal voor spannende tochten per kano of kajak. Wel even aanleggen in fraaie, landelijke dorpen als Sainte-Enimie, Saint-Chély-du-Tarn, La Malène en Le Rozier. Met name Sainte-Enimie is een bezoek waard. Het is goed slenteren door de middeleeuwse straatjes en uitpuffen op één van de vele terrassen. Een hapje eten? Le Bel Eté heeft een goede reputatie. Evenals het iets duurdere La Tendelle.
Restaurants zijn in groten getale aanwezig in de Lozère. Het departement mag dun bevolkt zijn, wie van de Franse keuken houdt komt niets tekort. Onder de restaurants zitten veel ‘Auberges’. Hier wordt vaak allees middags eten geserveerd, meestal tegen milde prijzen. Eet ook eens ‘op de boerderij’; op de Ferme Auberge Gazy in de gemeente Chanac, bijvoorbeeld. Eten wat de streekpot schaft en de kinderen kunnen lekker hun gang gaan op de schapenfarm.
Voor kinderen valt nog veel meer te genieten. In Sainte-Enimie kunnen ze hun energie kwijt in themapark Utopix en bij Bagnols-les-Bains ligt een sprookjesachtig activiteitenpark genaamd Vallon du Villaret. Intussen kan ‘maman’ zich laten verwennen in de spa van Bagnols-les-Bains, die wordt gevoed door een warmwaterbron die in de Romeinse tijd al bekend was. ‘Papa’ en de oudere kinderen kunnen zich wagen aan een staaltje rostwandklimmen in de Lozère. Deze waaghalzerij heet hier Via ferrata en kan op zes locaties worden beoefend. Van ‘makkelijk tot moeilijk’, maar in alle gevallen niet geschikt voor mensen met hoogtevrees.
Een bezoek aan de Lozère is niet compleet zonder zijn hoofdstad te hebben gezien, Mende, met zijn flamboyante gotische kathedraal en gezellige historische centrum. Er is iedere woensdag- en zaterdagochtend markt. In juli organiseert Mende jaarlijks een grote brocante en midden augustus viert de stad vier dagen en nachten feest. In juli en augustus is er op zondagmorgen een markt in Le Bleymard; op elke donderdagmorgen in Bagnols-les-Bains en op donderdag- en zondagmorgen in Chanac.